100074b_.html
100073b_.html

FACSIMILE


MIRAKELBOECK

ONSER LIEVER VROUWEN

‘T AMERSFOERT

Uitgave ‘Het Onze Lieve Vrouwe Gilde”

Amersfoort 1946


443                                           Anno LXV
Item het quam gevaren een schip mit x mannen, dat tot Hamburch thuijs hoerden, ende hadt te Rije gweest. Welck schip een lastich wijnt aen quam, als dat die waech dat schip te mael vervulde ende boert ende water even hoech was. Dese mannen hebben haer bevaert hier geloeft die weerde Moeder Goedts te versuecken ende terstont sijnt zij des waters quijt geworden. Ende zijnt te haven gecomen, daer zij begeerden.

444                                         Anno LXV
Item een ander schip mit seven mannen oock oostwerts coemende, is gecomen onder Schagen ende daer belast seer swaerlick van een grote sturm, alzo dat zij niet anders en vermoeden dan te drencken. In deser groetr noot hebben zij geloeft een man van sevenen hier te seijnden ende zijn bedevaert te doen. Ende haestelick is die wijnt geslest.


445                                         Anno LXV
Item een man woenende te Hermelen heeft een ionck kijndt  gehadt, welck kijnt viel int water, alzo dat dioe vader meenden, dat dat kijndt daer ij uren inne ge;legen had. Dese man is gecomen aldus sijn kijndt vijnden leggende int water, heeft zijn kijndt in sijn arm genomen, zijn bedevaert hoer geloeft ootmoedelick. Doen die aldus geloeft is, is dat kijnt ontworpen ende gesont geworden.

446
Item een man te Boemel, die spreeckende was ende in corter tijt daer nae stom wert, int welck zijn vrienden seer mit hem belast waren, hem onderwijsende bedevaert te loven tot Onser L. Vrouwen t'Amersfoert. Hij des gedaen ende begonnen heeft, is hij onder weghen weder spreeckende geworden.