Johannes Lodewijk Dulcken - Meester Clavecimbelbouwer - Hasselt 1762-1776 Henk Poelarends ©2024
Margeretha Poortenaar
Proces van Tede de Vries tegen A.M. Poortener. 560 bladzijden over de jaren 1768- 1777 . Tien jaar procederen.
Op blz 20 van mijn boekje heb ik geschreven dat Dulcken nog 59 gulden tegoed had van mevr Poortener voor het niet betalen van geleverde klavecimbel.
Uit dit dossier blijkt het dat het iets anders ligt.
Reconstructie:
Dulcken heeft in 1768 nog 59 gulden te goed van mevr. Poortener.
Zij betaalt niet.
Omdat Dulcken schulden bij Tede de Vries heeft schuift hij de schuldvordering naar hem door. Maar hij heeft geen bewijs dat mevr. Poortener hem dat echt schuldig is.
Dulcken herinnert zich hoe moeilijk het is iemand tot betaling te dwingen wanneer je geen bewijs hebt.
Hij gaat samen met Amthuijzen ( toen ze nog vrienden waren), als getuige, naar haar toe en laat haar een schuldbekentenis tekenen.
Mevr. Poortener betaalt de Vries niet.
De Vries vraagt panding aan.
Dan ontwikkelt zich een proces waar Dulcken verder part nog deel aan heeft.
Uit het proces:
Mevr. Poortener heeft een zaak, is koopvrouw, en zegt dat ze ongehuwd is.
Ze zegt dat ze niet kan schrijven, vandaar het kruisje op de schuldbekentenis.
Ze verschijnt voor de rechters, alleen, en verklaart dat zij dat kruisje heeft gezet.
De rechters vinden dat ze niet zonder advocaat kan verschijnen.
Ze voegen haar een advocaat Meijers toe.
Deze schrijft een verweer van 270 bladzijden. Daarin wordt stadsrecht tegenover landsrecht geplaatst. Rechten van ongehuwden tegen over gehuwden, weduwen enz enz enz. Mevr. Poortener kan volgens haar niet schrijven en lezen en wist dus niet wat er op het briefje stond. Ze is er ingeluist.
Tede de Vries heeft van Hattum als advocaat. Ze schrijft een lang verweer. Volgens geruchten is mevr. Poortener geen ongetrouwde vrouw, maar weduwe. Haar man is buitenlands overleden.
Dan komt ineens de man van mevr. Poortener thuis van zijn reis. Of is hij soldaat?
Advocaat Meijer trekt zich terug als advocaat.
Man verdwijnt weer en mevr. Poortener weet niet waarheen en wanneer , en of, hij nog weer terug komt.
Meijer wordt weer curator/ advocaat.
Van Hattum ziet het niet meer zitten en doet niets meer voor de Vries.
De Vries boos, neemt Grevensteijn als advocaat. Maar Grevensteijn krijgt de dossierstukken niet van van Hattum.
Dan wordt advocaat Meijer burgemeester, maar blijft advocaat van mevr. Poortener.
Grevensteijn vindt dat niet kunnen. Dit is belangenverstrengeling.
Mevr. Poortener krijgt Waterham als verdediger.
Daarna hebben ze onenigheid over advocaatkosten. Wie betaalt de verteringen den de paardenhuur/ stallingskosten. Moet dit via stadsrecht of landsrecht?
In 1777 loopt het proces dood. Men heeft er geen zin meer in.
Ik denk niet dat De Vries zijn geld heeft gekregen.
Conclusie t.a.v. Dulcken: de 59 gulden gingen niet over klavecimbel kosten.